De Onze-Lieve-Vrouweschool

In 1839 kon de vrome en welstellende “jonge juffrouw” Isabella Cassiers het niet langer aanzien en zij besloot op eigen initiatief een meisjesschool op te richten. Daarvoor kocht zij vier kleine huisjes in de Elststraat op. Een eenvoudig huis gelegen Oudestraat 77 werd ingericht als klooster en op 1 oktober van dat jaar kwamen drie zusters van de pas opgerichte congregatie “van den Heiligen Joseph Calasanz” uit Vorselaar om zich in Hoboken te vestigen en er te gaan onderwijzen in de “christelijke werkschool”.

De school groeide en bloeide: in 1849 al werd er naast het klooster van de Oudestraat een lokaal bijgebouwd “tot het houden eener bewaarschool”. Na enkele jaren waren er al meer dan 300 leerlingen in de school, hoofdzakelijk afkomstig van Hoboken maar ook van het Kiel, Hemiksem en Wilrijk.

In 1874 werd de school als Vrije Meisjesschool Onze-Lieve-Vrouw erkend (“aengenomen”) door de gemeente.

De Onze-Lieve-Vrouweschool
Twee jaar later werden er in de tuin van het klooster drie nieuwe klassen gebouwd terwijl de bewaarschool van 1849 werd afgebroken. In 1889 kwam er een verdieping op het kloostergebouw en werd er een nieuwe kapel gebouwd.

De Onze-Lieve-Vrouweschool was een imposant geheel geworden, gelegen op de hoek van de Oudestraat en de Heidestraat, op de plaats waar tegenwoordig de supermarkt Delhaize gevestigd is.

Van de afdeling in de Elststraat maken de archieven verder geen gewag zodat geredelijk mag worden aangenomen dat de leerlingen van de Christelijke Werkschool aldaar op een gegeven moment zijn verhuisd naar de Onze-Lieve-Vrouweschool in de Oudestraat waarna de zeer oude gebouwen in de Elststraat zijn afgebroken.

    Hoewel de schoolbevolking in die dagen blijkbaar niet zo veel verschilde van die van nu (ook nu komen de meeste leerlingen van Hoboken, Kiel, Hemiksem en Wilrijk), zag het schoolgebeuren er in 1874 toch wezenlijk anders uit dan vandaag:
  • In de bewaarschool (nu noemen we dat kleuterschool) zaten zo’n 200 leerlingen in één klas…!
  • De lagere school had 3 leerjaren: in de klas van het eerste leerjaar zaten 90 à 100 leerlingen, in die van het tweede leerjaar 70 à 80 en in de hoogste klas 50!
  • De reden dat de klassen kleiner werden naarmate de kinderen ouder werden, ligt voor de hand: ze moesten met vader en moeder mee gaan werken… Van leerplicht was toen nog geen sprake!
  • De godsdienstige vorming werd heel wat belangrijker gevonden dan vandaag-de-dag: “Het handwerk der kinderen zal met godvrugtige oeffeningen gemengeld worden” stond er in het reglement. Zo moesten de kinderen alleen in de voormiddag al 5 “tientjes van de rozenkrans” bidden (dit zijn dus 50 weesgegroetjes), de litanie van de H. Geest en 3 maal een onzevader en een weesgegroet voor de weldoeners van de school… Wat ze in de namiddag dan nog allemaal moesten bidden zullen we u besparen!
  • De school was een “werkschool”: de meisjes leerden er op de eerste plaats handwerk; pas in 1842 werden lezen, schrijven en rekenen verplichte vakken.

De “eindtermen” en “doelstellingen” van toen verschilden ook wel enigszins van die van nu:
De school wilde hen “tot waere godvruchtigheyd en goede zeden (…) brengen. Om hun van zonde en deszelfs gevaeren, slegte manieren en ledigheyd te bevryden. Om hun, door handwerk, (…) tot eerlyke kostwinning van jongsaf gewoon te maeken.”

De school bloeide en vierde in 1889 haar 50-jarig bestaan. Maar donkere wolken pakten zich samen: in 1890 kwam er een liberaal gemeentebestuur aan het bewind dat de katholieke school duidelijk niet welgezind was. Zo werd er een inspecteur aangesteld die dagelijks de klassen kwam bezoeken en de registers nakijken…! Eén van de zusters-onderwijzeressen werd bovendien door het gemeentebestuur verplicht te gaan lesgeven in de gemeenteschool van Hoboken-Heide, zo’n half uur gaans. Zo hoopte men de zuster –die toch al ziekelijk was- te kunnen vervangen door een liberale juffrouw. Dat was echter buiten de waard gerekend: ondanks haar ziekte legde de zuster nog meer dan 12 jaar dagelijks de weg naar en van Hoboken-Heide af!

Werkschool anno 1900
Gedurende de decennia daarna wisselden katholieke en liberale gemeentebesturen elkaar af maar de werkschool van de Oudestraat-Elststraat bleef floreren. In 1902 werd een vierde graad opgericht en enkele jaren daarna telde de school 7 lagere klassen met in totaal 412 leerlingen en 3 bewaarklassen met in totaal 283 leerlingen.